dinsdag 30 juni 2009

Portsmouth




Er schijnt een hittegolf aan de gang te zijn en die duurt zeker tot vrijdag. Weinig wind en oostelijk. Tegen en te weinig om te zeilen, maar gelukkig vanwege de koele zeewind is het niet te warm. De weinige tegenwind, die er was hebben we maar gebruikt om van Cowes naar Portsmouth te zeilen. De stroom in "The Solent" ging pas vanaf 13:00 uur naar het oosten meelopen, zodat we nog tijd hadden voor een ochtendwandeling in West-Cowes, waar we op de boulevard langs het geboortehuis, de “Rosetta Cottage”, van Sir Winston Churchill liepen. Om 13:00 uur vertrokken we met de stroom mee richting Portsmouth, gelegen aan de oostzijde van "The Solent" aan de Engelse kust tegenover Wight. De afstand van Cowes naar Portsmouth is slechts 10 Nm. Onderweg passeerden ons in “The Solent” twee zeeschepen vanuit en naar Southampton. Verder kwamen we nog de "Wight Link", de ferry van Portsmouth naar Wootton Creek op Wight, en de Hovercraft van Portsmouth naar Ryde (Wight) tegen. Om 15:00 uur zeilden we de aanloop van Portsmouth binnen, waar we om 15:30 uur in de "Haslar Marina", liggend aan de "River Haslar", afmeerden. Eigenlijk liggen we in Gosport, waar de grotere jachthavens zich bevinden. Gosport ligt tegenover Portsmouth, dat wel een gewone haven, maar geen jachthavens heeft. Met een snelle ferry ben je echter in 10 minuten aan de overkant. We liggen precies tegenover de Spinaker Tower, de meest prestigieuze attractie in Portsmouth. Deze toren van 170 m hoog is speciaal gebouwd voor het nieuwe millenium en was af in ... 2005. Vorig jaar hebben we deze bezocht. Bovenin heb je een schitterend uitzicht op Portsmouth en "The Solent". Omdat het morgen weer oostenwind is, vertrekken we vroeg naar Brighton (42 Nm) of Eastbourne (60 Nm), afhankelijk van de stroom en de snelheid, die we met tegenwind kunnen halen.

maandag 29 juni 2009

Naar West-Cowes




Om 9:00 uur zijn we vertrokken uit Portland Marina naar Cowes op het eiland Wight, afstand 48 Nm. Cowes ligt in het midden aan de N-kant van Wight aan de “River Medina”. Aan de Westzijde van deze rivier ligt West-Cowes, aan de overzijde East-Cowes. Cowes is beroemd om de vele zeilwedstrijden, die er gehouden worden. Begin augustus is er de Cowesweek vergelijkbaar met de Sneekweek. En dan is het er overvol. Vanwege de stroom in “The Solent” (3-4 kn), moesten we voor 17:00 uur in Cowes aankomen. De wind was NO-4 tot 5 en pal tegen en dat betekende kruisen. Omdat we de eerste drie uur de stroom nog fors tegen hadden, en hoewel we 6 kn over het water voeren, maakten we nauwelijks vorderingen. Daarbij moesten we bij Portland ook nog om de “Firing Range” van de “Royal Navy” heen, zodat we uiteindelijk de motor maar hebben bijgezet. Na de “Firing Range” te hebben gepasseerd, “St Alban’s Head” en “Alvin point” (ca. 5 Nm van Poole) te hebben gerond, viel de wind weg en zo passeerden we om 15:00 uur “The Needles”. “The Needles” bestaan uit drie scherpe krijtrotspunten, die uit de zee steken aan de westzijde van Wight. Op de verste van de drie staat een vuurtoren. Met de laatste stroom mee in “The Solent” kwamen we om 16:45 uur in West-Cowes aan, waar even later een groep zeiljachten van een zeilschool binnen liep, zodat het er gezellig druk werd. Het was vandaag mooi weer, hoewel de voorspellingen anders waren. Het begon met lichte bewolking, maar om 13:00 uur brak de zon door en werd het aangenaam warm tot laat in de avond.

zondag 28 juni 2009

Portland Bill en Weymouth





Na de enerverende oversteek van gisteren, zijn we vandaag met de “Hop On & Off” bus naar Portland Bill geweest. Portland is een langwerpig schiereiland aan de zuidkust van Engeland. Aan de NO-zijde van Portland ligt aan de Weymouth baai de vissers- en badplaats Weymouth, waarvan ook snelle Condor Ferries vertrekken naar Guernsey, Jersey en St Malo. Aan de zuidpunt ligt Portland Bill. Portland kenmerkt zich door een hoog gelegen rotsachtig plateau, dat naar het zuiden langzaam afloopt richting Portland Bill. Er zijn diverse steengroeves. Van het gesteente worden enorme rotsblokken gemaakt met name geschikt voor waterbouwwerken. Op Portland Bill staat een prachtige vuurtoren, gebouwd in 1906, waar we voor de tweede keer in zijn geweest. De hoogte is 41 meter en vandaar hadden we een prachtig uitzicht. De vorige keer was twee jaar geleden, toen we met windkracht 7 vanuit Torquay door de “Overfalls” langs Portland Bill waren gekomen en wij door de toenmalige vuurtorenwachter waren geattendeerd op de inshore route 100 meter langs de rotsachtige kust. Deze rotsachtige kust is door de zeer sterke stroming, het stroomt ca. 7 kn langs Portland Bill bij half tij, door hevige erosie aangetast en dat is goed te zien. Het was zondag en gezellig druk met dagjesmensen. Daarna zijn we weer met de “Hop On & Off” bus naar Weymouth gegaan, waar we al twee keer eerder zijn geweest met onze boot. Ook daar was het zeer druk, zowel in de leuke vissershaven als op het mooie strand aan de Weymouth Baai, mede vanwege de diverse kermisattracties. Aan het eind van de middag namen we dezelfde bus weer terug naar Portland Marina. Portland Marina is dit jaar nieuw opgeleverd, vanwege de zeilwedstrijden in de Weymouth Baai ter gelegenheid van de Olympische spelen in 2012. Morgen gaan we naar Cowes, op het eiland Wight in de “Solent”, het water gelegen tussen Wight en Engeland. En zo zijn we weer enigszins op de terugweg.

zaterdag 27 juni 2009

Bizarre oversteek naar Portland




Vanochtend zijn we om 8:00 uur vertrokken uit Alderney richting Portland Marina. Geen wind, goed zicht en mooie ochtendzon. En zo begonnen we aan de 54 Nm oversteek van Het Kanaal. Schuin achter ons zagen wij op ca. 1 Nm afstand een ander zeiljacht, dat ongeveer dezelfde koers voer als wij. Na één uur gevaren te hebben, zo een 5 Nm, op de motor met grootzeil “stand-by”, kwam er dichte mist opzetten. Binnen vijf minuten was het zicht nog maar 50 meter om ons heen. We waren toen vijf Nm van de “Shipping Lane”. Op radar en AIS (Automated Identification System), zagen we dat er veel zeeschepen in de “Shipping Lane” voeren. We minderden vaart en overwogen om de koers te verleggen richting Cherbourg. De afstand is korter en we hoefden dan de “Shipping Lane” niet over te steken. Op de radar zagen we dat er een vaartuig ons naderde. We legden onze boot stil en na een paar minuten zagen wij een zeilboot uit de mist opdoemen. Het was een Engels zeiljacht uit Poole, de “Adriana”, met drie opvarenden aan boord. Na overleg te hebben gepleegd en zij aangaven wel over te steken (“It will soon clear up” zoals de schipper van de “Adriana” zei), zijn we samen aan de oversteek begonnen. We voeren op een afstand van 25 meter gezamenlijk op. Inmiddels hadden we het reddingsvlot voor het grijpen in de kuip gelegd. Zo gingen we de “Eastbound Shipping Lane” in, waar de vrachtschepen allemaal van West naar Oost varen. Af en toe hoorden we scheepstoeters van zeeschepen. Op de marifoon hoorden we nog een conversatie tussen twee vrachtschepen, waarvan de één aangaf dat het zicht “invisible” was en dat de ander zijn koers moest verleggen en zich aan de regels moest houden om hierbij een aanvaring te voorkomen. Zo hielden wij met de “Adriana” marifooncontact over de positie van de zeeschepen. We hadden beiden radar en wij gelukkig ook AIS, zodat we de zeeschepen, koers en snelheid op onze radar en kaartplotter konden waarnemen. Nadat we een uur later de “Eastbound Shipping Lane” hadden overgestoken, trok de mist langzaam weer op, waardoor het zicht weer stukken beter werd. Daarop namen we via de marifoon afscheid van de “Adriana” met “Thank you very much for your assistance” en vervolgden we onze koers naar Portland en de “Adriana” richting Poole. Aangekomen bij de “Westbound Shipping Lane”, was het zicht prima en konden we de zeeschepen gewoon weer zien varen. En zo dachten we eenvoudig aan de overkant te komen. Temninste dat dachten we...... Want midden in de “Westbound Shipping Lane” trok het weer helemaal potdicht met mist. We zagen op onze radar en AIS nog twee zeeschepen en een niet te identificeren vaartuig in de directe nabijheid, waarbij de vrachtschepen uiteindelijk achter ons en het andere vaartuig voor ons passeerden. Maar echt gezien hebben we ze niet. Zo kwamen we in dichte mist bij Portland Marina om 17:30 uur aan, waar het heel even opklaarde en wij onze boot schoonmaakten, maar al weer gauw tot ’s avonds laat mistig werd en bleef. Op het log hadden we bijna 60 Nm gevaren, dus 6 Nm meer dan de afstand, vanwege de tegenstroom en de koers die we enigszins in het begin hadden verlegd. Achteraf vroegen we ons wel af of we de juiste beslissing hadden genomen om over te steken, want één zeeschip, dat wij op radar over het hoofd zien en bovendien geen AIS uitzendt, kan fataal zijn.

vrijdag 26 juni 2009

Rustdag in Alderney




Vandaag weer een rustdag. Toen we om 8:00 uur wakker werden en naar buiten keken, zagen we dichte mist. Zo dicht dat de achterste schepen aan de boeien niet zichtbaar waren. Gelukkig hoefden we vandaag Het Kanaal niet over te steken. Om 10:30 uur trok de mist op, zodat tegen 12:30 uur de zon weer volop scheen. Alderney schijnt gem. 2000 uur zon te hebben per jaar. Omstreeks die tijd zijn we na het ontbijt met onze bijboot aan wal gegaan voor een wandeling. De vorige keer hebben we het Westelijk deel van het eiland bewandeld en vandaag was het plan om het Oostelijk deel te bekijken. En zo liepen we langs de baai van Braye, Fort Albert, de vuurtoren en diverse kleine baaien met schitterende witte zandstranden tussen de rotsachtige kliffen. Bijna bij elke baai tref je wel een vervallen Fort aan uit oude tijden, waarvan sommige alleen bij laag water te bereiken zijn. Enkele oude Forten zijn verbouwd tot woonhuis met een prachtig uitzicht op zee en omgeving. Het was een lange wandeling van ca. vier uur, maar vanwege de mooie omgeving de moeite waard. En gelukkig hebben ze in Alderney om de 500 meter een bankje, zodat je even van het uizicht kan genieten. Om 17:00 uur waren we weer terug op de boot om op ons eigen "terras", met uitzicht op Fort Albert, voor een lekker biertje en een hapje. Morgen, als er niet al te dichte mist is, steken we Het Kanaal over naar Portland Marina aan de Engelse Zuidkust.

donderdag 25 juni 2009

Alderney




Vandaag om 8:30 uur vertrokken uit St Peter Port richting Alderney, een afstand van ca. 24 Nm. De wind was NO-4 en pal tegen. Onze koers was niet rechtstreeks te bezeilen en dus moesten we weer "kruisen" en werd de werkelijke afstand hiermee ongeveer 36 Nm. Aangekomen in de "Race of Alderney" kregen we flinke stroom mee en zo bereikten we om 11:30 uur de NO-punt van Alderney, die we moesten ronden. De wind trok behoorlijk aan en we kwamen ook nog terecht in de "overfalls". DIt zijn korte steile en soms brekende golven, veroorzaakt door sterke stromingen en wind. Met meer dan 10 knopen over de grond zeilden we door deze turbulente "wasmachine", waar we gelukkig na 20 minuten doorheen waren en zo kwamen we om 12:30 uur aan in Braye, de haven van Alderney om daar een "visitors mooring" op te pakken. Vanwege de golven en wind lukte dit niet helemaal zoals het hoort en verloren we daarbij onze pikhaak, terwijl we net vastlagen. Daarop toch maar weer de boot los gemaakt van de "mooring" om achter de pikhaak aan te gaan, die we uiteindelijk weer uit het water hebben gevist. De aanlegmanoeuvre daarna ging wel volgens het boekje en lagen we prima met uitzicht op Fort Albert. Na onze rubber-bijboot te hebben opgeblazen, zijn we in Alderney aan land gegaan voor een wandeling. Alderney heeft een leuk klein droogvallend haventje, waar kleine visserbootjes liggen. Het heeft slechts één dorp, St Anne, en voor de rest alleen maar natuur. Het eiland is dermate klein, dat je in één dag het eiland kan rondlopen. Het is 3,5 mijl lang en 1,5 mijl breed. Je kan er met een auto rijden, maar er zijn geen verkeerslichten, geen rotondes, files en aggresief rijgedrag. De inwoners zijn allervriendelijkst en zeer behulpzaam. Als je op een kaart kijkt, dan vragen ze al direct of zij je kunnen helpen. Om die reden blijven we hier natuurlijk nog een dag.

woensdag 24 juni 2009

Weer in St Peter Port




We zijn om 7:00 uur vertrokken uit St Helier richting Alderney, het derde grote Kanaaleiland, na Jersey en Guernsey, met de hoofdplaats Braye. Afstand 42 Nm. Dus weer vroeg op vanwege het gunstige tij. Om Alderney te bereiken, varen we weer door de “Race of Alderney”, waar het tot 6 knoop stroomt bij half tij. En die wil je niet tegen hebben en dat betekent dat we voor 13:00 uur in Alderney moesten zijn, want vanaf dat tijdstip kentert het tij. Na Jersey en de prachtige vuurtoren “Corbière Lighthouse” te hebben gepasseerd, bleek dat we wind, NO-4/5 teveel op de kop kregen en onze koers niet meer te bezeilen was. We hadden inmiddels flinke stroom mee, zodat onze snelheid over de grond meer dan 10 knoop bedroeg en de schijnbare wind hierdoor aanzienlijk toenam. Toen we via de marifoon ook nog het weerbericht van Jersey Radio vernamen, waarbij werd aangegeven dat de wind ’s avonds NO-6 zou worden, hebben we onze koers verlegd naar St Peter Port (Guernsey). Deze koers was wel te bezeilen en we waren hiervan nog 15 Nm verwijderd. In Alderney kan je alleen aan een boei of liggen of ankeren, maar de baai is geheel open naar NO en dat is bij sterke wind niet aangenaam, vanwege de golven van Het Kanaal, die daar naar binnen rollen. Dus zo kwamen we om 11:30 uur weer in St Peter Port terecht, waar er nog genoeg water boven de “Sill” stond en we direct de haven binnen konden varen. Het was zeer druk in de haven van St Peter Port, maar de havenmeester gaf ons een mooi plekje naast een boot van een vriendelijke Fransman. Daarna hebben we nog een wandeling gemaakt langs de boulevard en het plaatsje St Peter Port, waar we een mooie toren tegenkwamen, die in 1846 ter ere van een bezoek van “Queen Victoria and Prince Albert” werd gebouwd. Hoewel de wind morgen nog NO blijft, neemt deze in kracht af, zodat we opnieuw proberen koers te zetten naar Alderney. Het plan is om van Alderney over te steken naar Portland Marina aan de Engelse kust vlakbij Weymouth.

dinsdag 23 juni 2009

St Helier 2



We hebben besloten om vandaag nog een dag in St Helier te blijven. Ons aanvankelijk plan was om naar Carteret te gaan, liggend aan de Zuidkant van Normandië, maar we vernamen dat de jachthaven van Carteret deze week gesloten was, vanwege onderhoud. Opnieuw mooi weer en we besloten om vandaag de “Jersey War Tunnels” te bezichtigen. Omdat de weg erheen grotendeels langs de boulevard van de schitterende St Aubin’s Bay loopt en de afstand slechts 5 km was, zijn we er naar toe gewandeld. Onderweg zagen we in de haven bij laag water een droogvallende motorboot van een “local” voor kennelijk groot onderhoud. Verder liepen we weer voorbij de toegangsweg naar Elizabeth Castle en kwamen we nog een toeristentreintje tegen, die van St Helier naar St Aubin Harbour rijdt. Na door het mooi begroeide Coronation Park te zijn gelopen, kwamen we uiteindelijk bij de “Jersey War Tunnels” aan. Deze zijn in de rotsen tijdens de WO2 door de Duitse bezetters uitgehouwen. Hiervoor zijn vooral veel krijgsgevangenen uit Rusland, maar ook uit andere delen van Europa, als “slaven” ingezet. Velen van hen zijn bij de bouw ervan omgekomen. Het doel was om van deze tunnels een hospitaal te maken. De Duitse bezetter, trots op het veroveren van een stukje Brits grondgebied, ging er nl. van uit dat hier de invasie zou plaats vinden. De tunnels zijn nooit helemaal afgebouwd. Hoewel het zeer indrukkwekkend was om deze tunnels te bezichtigen, waren we blij dat we na 2½ uur weer buiten stonden, omdat het zo steenkoud was daarbinnen en we gekleed waren op de warme buitentemperatuur. Op de terugweg nog een echte “Jersey Dairy Ice Cream” gegeten, dat meer leek op een ijsberg. Op de boot aangekomen, hadden we dan ook het gevoel, dat we ons avondeten al op hadden.

maandag 22 juni 2009

St. Helier


Vandaag een rustdag in St Helier. Na ‘s ochtends boodschappen te hebben gedaan, hebben we in de middag Elizabeth's Castle bezocht. Het kasteel dateert uit 1600 en heeft vele oorlogen doorstaan en kent een lange historie. Om ca. 13.30 uur zijn we bij eb er naar toegelopen. Het kasteel is in de loop van de eeuwen al een aantal malen verbouwd en gefortificeerd. In de 2e WO is het door de duitse bezetter gebruikt, omdat ze dachten dat daar de invasie zou plaats vinden. Dat is te zien aan de diverse bunkers, die in en om het kasteel zijn ingebouwd. Vanuit de diverse hooggelegen torens had je een schitterend uitzicht over St Aubin's Bay. We kwamen net op tijd om te zien hoe men vroeger een kanon afvuurde. Op de terugweg om 16.30 uur was het inmiddels hoogwater, zodat we met een speciaal amfibievoertuig weer aan land werden gebracht. Toen hebben we nog even bij de oude haven wat taxfree whisky en een cointreau gehaald en tezamen met het wederom schitterende zonnige weer was deze dag weer helemaal perfect.

zondag 21 juni 2009

Op weg naar St. Helier (Jersey)


Vandaag moesten we vroeg op, want om 6.30 uur was het hoog water bij Granville en vanaf dat moment liep de stroom mee richting Jersey. Dat betekende om 6.00 uur opstaan, zodat we om 7.00 uur konden vertrekken. De afstand Granville - St.Helier, Jersey is 30 Nm, maar de wind was tegen en dat betekende kruisen, waardoor de afstand ineens 45 Nm is geworden. Gelukkig waaide het niet al te hard, NW 3 tot 4 met een lichte zeegang en zo zijn we zeilend in de ochtendzon richting St. Helier, de hoofdstad van Jersey, vertrokken. Omstreeks 9.00 uur passeerden we "Iles de Chaussey", waar we goed moesten opletten vanwege de enorme hoeveelheid drijvende "visvlaggetjes en -balletjes". Vooral de "visballetjes" zijn in zeegang nauwelijks zichtbaar. Hieraan hangen zeer lange lijnen met een kreeftenkorf aan het eind, die op de bodem ligt. Twee jaar geleden bij Falmouth hebben we een keer zo'n lijn in de schroef gehad, waardoor onze boot terplekke uit het water getakeld moest worden om het vistouw van de schroef te verwijderen. En dat willen we natuurlijk niet nog een keer meemaken. Ongeveer 8 Nm voor Jersey viel de wind weg en hebben we de motor aangezet. Om 13.30 uur kwamen we in St. Helier aan en moesten aan de wachtsteiger voor de "sill" tot 16.00 uur wachten, alvorens er voldoende water stond om de jachthaven binnen te varen.

zaterdag 20 juni 2009

Het oude Granville


Vandaag werden we om ca. 8:30 uur wakker, vanwege een enorme drukte in de jachthaven van Granville. Er verlieten veel zeilboten de haven voor een vandaag gehouden Regatta op zee. En natuurlijk wilden ze allemaal tegelijk over de smalle “Sill” bij hoogwater. Maar wij gaan vandaag het oude historische gedeelte van Granville bezoeken. Het historische Granville is gebouwd op een uitstaande rotspunt, die de baai van de Mont Saint-Michel afsluit. Deze stad werd destijds door de Engelsen in de 15de eeuw versterkt. Op het hoogst gelegen deel van de stad, dat omringd wordt door wallen, vindt men nog de sporen van een groot militair en religieus verleden, waaronder de oude vestingswerken, bunkers uit de WO2 en de kerk “Eglise Notre Dame”. Daarnaast tref je er karaktervolle huizen en pittoreske « hotels » uit de 16de en 17de eeuw aan. Granville is de natuurlijke haven voor verschillende veerdiensten, die een constante verbinding onderhouden met de eilanden “Iles de Chausey”, een verzameling van rotseilanden ca. 5 Nm ten NW van Granville, en de Kanaaleilanden Jersey, Guernsey en Sark. Het oude stadsgedeelte wordt beheerst door de hogere versterkte wallen. Daaromheen loopt weer het bekende “kustpad”. De wandeling, die we maakten, was dan ook prachtig. Er zijn diverse musea, waaronder het Museum Christian Dior met het geboortehuis van deze beroemde couturier en het Museum du Vieux Granville, museum van de lokale geschiedenis, kunst en volkse tradities. Voor kust van Granville liggen 350 mini-rotseilandjes bij laag tij, een 50-tal bij hoog water, enkel het grootste eiland is bewoond door vissers. Aangezien dit eiland uit graniet bestaat, vind je hier steengroeves waaruit de stenen werden gehakt voor de bouw van de Mont Saint-Michel. Deze groeves worden al lang niet meer gebruikt en is nu een oord voor vissers geworden. “Iles de Chausey” is eveneens een beschermd vogelreservaat, heeft geen jachthavens en je kan er alleen maar ankeren bij goed weer. In de zomer wonen er ca. 80 mensen en in de winter slechts 15. Na onze wandeling keerden we terug naar de boot voor een drankje en een hapje, waarbij we tijdens hoogwater een prachtige voorstelling kregen van de terugkeer van de vanmorgen uitgevaren wedstrijdzeilers, wat een enorme file veroorzaakte bij de “Sill”

vrijdag 19 juni 2009

Granville




Vandaag, vrijdag 19/06/09, zijn we om 12:00 uur, één uur na laag water, uit St Malo vertrokken richting Granville, afstand 27 Nm, waar de snelle veerboot Condor Ferry ons tegemoet kwam. Er stond 2 meter water boven de “sill”, net genoeg voor onze diepgang van 1,70 meter. Het was wederom prachtig weer. De gehele dag zon en een windje NW-4. We hadden de stroom mee en zo zeilden we met halve wind ca. 8,5 knoop over de grond naar Granville. Voor de kust van St Malo steken diverse rotsen uit de zee, zodat ook hier de kaartplotter goede dienst deed. Ongeveer halverwege kwamen we langs de baai van Mont St Michel en zagen we in de verte de contouren van de hoge rots en klooster Mont St Michel. Om 15:30 uur kwamen we in Granville aan. Granville ligt aan de Zuidkust van Normandië en heeft een zeer grote luxueuze jachthaven, waar veel passanten vanuit het Kananaaleiland Jersey hun weekend doorbrengen. Ook in Granville waren we de enige Nederlanders, wat we niet zo heel erg vonden.

Dinan


Gisteren zijn we met de bus vanuit St Malo om 10:00 uur vertrokken richting Dinan. Vanaf St Servan, waar onze boot ligt, was het een wandeling van ca. een half uur naar de bushalte van St Malo. Om 11:00 uur kwamen we in Dinan aan. Dinan is een kunst- en historiestad en één van de mooiste middeleeuwse steden van Bretagne. Deze oude hertogenstad met de imposante ringmuren rijst statig 75 meter boven de rivier de Rance uit en houdt zo een wakend oog op de prachtige vakwerkhuizen met veelal houten dakschilden. De rivier Rance mondt uit bij St Servan, waar wij met onze boot liggen. De ringmuren zijn ca. 3 km lang met donjons, 10 torens en 4 poorten, waarbij je een fraai overzicht hebt over de omringende landschappen. Het centrum bestaat uit historische gebouwen, schilderachtige straatjes met de al eerder genoemde oude vakwerkhuizen. Om 14:00 uur gingen we met de bus terug naar St Malo, omdat de eerstvolgende bus pas drie uur later vertrok. Om 15:00 uur waren we in St Malo, ook een vestingstadje met stevig gebouwde muren en statige monumentale panden, waar we nog rondom de gehele vestingmuur hebben gelopen met een schitterend uitzicht op de zee en het vestingsplaatsje zelf. Om 16:30 uur waren we weer terug op onze boot voor een drankje om daarna in St Servan uit eten te gaan. Morgen vertrekken we naar Granville.